Pagina's

donderdag 5 maart 2015

Donderse Cursieve M, en o... Oh: Geen Nul!

In één van zijn vorige levens had Karl Hammer een puur commercieel mediabedrijf, dat hij vernoemde naar een puur spirituele vroegchristelijke secte: Ebion. Zoals Patrick Bernauw reeds jaren geleden op zijn site signaleerde, had dit 'agentschap' als doel: het verzamelen van concepten, formats en verhaalideeën voor film- en televisieprogramma's, het opslaan van dit materiaal in 'een veilige database', en vervolgens het promoten en produceren van dit materiaal. Blijkbaar werden er ook al eens ideeën van derden door dit agentschap gecommercialiseerd, zonder goedkeuring van deze derden, zoals mag blijken uit Satans Lied - zijnde: de grootste kunstroof van de eeuw.



De tranen van de wolf - later herdoopt tot Gezocht Codebrekers - werd geheel in de materieel onthechte Ebion-stijl met een barnum-reclame in de markt gezet, o.a. op een website die ondertussen door Karl Hammer werd gewist, maar waarvan de tekst toch her en der bewaard is gebleven: 


Terwijl de Russen in april 1945 bloedig hun weg vochten door Berlijn, brachten de nazi's snel een lading goud en de persoonlijke diamanten van Hitler naar een geheime locatie. Het was de bedoeling om hiermee de terreurgroep Werwolf te financieren. Tijdens de laatste uren van de strijd gaf Hitlers secretaris Martin Bormann een gecodeerd document met runentekens aan een aalmoezenier om het naar partijboekhouder Schwarz in München te brengen. Op het document zou de locatie staan beschreven van het goud en de diamanten. Schwarz was echter al door de geallieerden gearresteerd en Bormann overleefde de Russische aanval niet.

Authentiek document.
Ruim zestig jaar later kwam het document bij toeval in handen van onderzoeksjournalist Karl Hammer Kaatee. Het had zich al die tijd onopgemerkt in de nalatenschap van de aalmoezenier bevonden. Hammer-Kaatee is er van overtuigd dat het authentiek is. ‘Ik heb er alle begrip voor dat sommige mensen twijfels hebben, maar mijn onderzoek toonde aan dat het papier, de typografie en de doorslag van de letters zonder meer geloofwaardig zijn. Bovendien komen de runentekens overeen met de stijl die Bormann zou gebruiken.’ Voor Hammer-Kaatee restte alleen nog de vraag hoe de code in elkaar zat en of de buit nog terug te vinden zou zijn.
Naar de huidige waarde van het goud en de diamanten kan men volgens Hammer-Kaatee slechts gissen. Dat het om een gigantisch bedrag moet gaan staat voor hem vast. ‘Hitler had de mooiste en beste diamanten in zijn bezit. Volgens mijn informatie stonden die bij zijn intimi bekend als “de tranen van de wolf” en zijn op zich al een vermogen waard.’

NIOD - Gerard Aalders.
Dat de buit nog altijd ergens op ontdekking ligt te wachten is zeer waarschijnlijk volgens historicus Gerard Aalders van het NIOD die door Hammer Kaatee werd benaderd. Samen concludeerden zij dat er immers nog altijd schatten van de nazi's worden gevonden, zoals de grote kunstbuit die in 2006 in Zwitserland werd opgespoord waar ze door de nazi's was verstopt.

Beloning.
Een jaar lang beet Hammer-Kaatee zich vast in de code en hoewel hij het grootste deel wist te ontcijferen, lukte het hem niet om de bergplaats te vinden. Speurend in Duitsland raakte hij er van overtuigd dat hij iets over het hoofd zag. Vanwege contractuele verplichtingen voor een nieuw boekproject dat in februari van start gaat ontbreekt hem de tijd om zijn zoektocht voort te zetten. Daarom looft hij nu een beloning uit om het laatste deel van het raadsel op te lossen. Om de speurders op weg te helpen heeft hij uitgeverij Elmar bereid gevonden om zijn dossier in boekvorm te publiceren. ‘In 2006 wist een groep amateurs op initiatief van de violist Stefan Krah een code uit de Tweede Wereldoorlog te breken waar zelfs de beste cryptografen niet in slaagden. Ik hoop dat het zelfde ook mogelijk is met deze code,’ aldus Hammer-Kaatee.

Premievoorwaarden
Aan de uitkering van de beloning worden voorwaarden gesteld waar in hun geheel aan moet worden voldaan.
# Er wordt alleen uitgekeerd wanneer het goud en de diamanten daadwerkelijk en tastbaar getoond worden. Karl Hammer Kaatee zal op geen enkel moment genoodzaakt zijn om zelf handelingen te verrichten of reizen te ondernemen tot het bezichtigen van het goud of de diamanten.
# De echtheid van het goud en de diamanten dient door een onafhankelijke expert te worden bevestigd.
# Karl Hammer Kaatee wil op geen enkele wijze betrokken zijn bij mogelijke (internationaal) criminele of moreel laakbare handelingen. Het verkrijgen van het goud en de diamanten dient derhalve hiermee in overeenstemming te zijn.
# De uitleg van de gehele code van de 'pastoorbrief' uit het boek ‘De tranen van de wolf’ moet rationeel en begrijpbaar zijn, zodat deze uitleg onderbouwt wat de feitelijke bergplaats van het goud en de diamanten is geweest en waar dus het goud en de diamanten nu zijn gevonden.
# Karl Hammer Kaatee legt geen enkele claim op het gevonden goud of de diamanten.
# De vinder(s) van het goud en de diamanten gaan er evenwel mee akkoord dat hun verhaal over het ontcijferen van de code en het verkrijgen van het goud en de diamanten exclusief aan Karl Hammer Kaatee wordt meegedeeld en dat hij het exclusieve recht heeft om op basis van dit verhaal een vervolg te publiceren op zijn boek "De tranen van de wolf".
# Karl Hammer Kaatee legt geen enkele claim op het gevonden goud of de diamanten.
# De vinder(s) van het goud en de diamanten gaan er evenwel mee akkoord dat hun verhaal over het ontcijferen van de code en het verkrijgen van het goud en de diamanten exclusief aan Karl Hammer Kaatee wordt meegedeeld en dat hij het exclusieve recht heeft om op basis van dit verhaal een vervolg te publiceren op zijn boek "de tranen van de wolf".





Volgens uitgeverij Elmar is deze actie ten einde en het voorstel ingetrokken, hoewel er op de webpagina van Gezocht Codebrekers  nog volop publiciteit wordt gemaakt met de verhoogde beloning van $25.000. Merkwaardig vind ik de nadrukkelijkheid waarmee Hammer insisteert op het ‘daadwerkelijk’ en ‘tastbaar’ tonen van ‘het goud en de diamanten’, waarvan de ‘echtheid’ door een onafhankelijk expert dient te worden bevestigd. Wat als de code niet verwijst naar het goud en de diamanten van Hitler, maar naar een lading zilver en/of al dan niet ontaarde kunst die Göring achterover geslagen heeft? Wat als code verwijst naar een partij uranium ([1])?
Zolang Hammer geen spat bewijs levert van het bestaan van een ‘Peter Schulz’ of een ‘pastoor Otto’, ontbreekt ook elk begin van bewijs dat de gecodeerde partituur afkomstig is van Martin Bormann, en dat ze te maken zou hebben met het goud en de diamanten van Hitler. Het is niet meer dan een hypothese, die deel uitmaakt van een verhaal waarvan op geen enkel moment bewezen wordt dat het ‘waargebeurd’ is.
Ook voor de authenticiteit van de gecodeerde partituur moeten we het stellen met het woord van Hammer. ‘Zijn onderzoek' heeft aangetoond ‘dat het papier, de typografie en de doorslag van de letters zonder meer geloofwaardig zijn’. Met alle respect, maar als Hammer de ‘echtheid’ van het goud en de diamanten bevestigd wil zien door een ‘onafhankelijk expert,’ dan wil ik dat de echtheid van de partituur door eenzelfde onafhankelijk expert wordt vastgesteld, door middel van een gedegen wetenschappelijke analyse.
Hammer schermt met een ‘team van 15 deskundigen’, die hij geraadpleegd zou hebben met betrekking tot de authenticiteit van het document. Maar van geen enkele ‘deskundige’ wordt de naam genoemd. Hij schuift voortdurend en alleen Gerard Aalders ([2]) naar voor, maar wie de verklaring van Aalders goed leest, zal merken dat deze deskundige alleen concludeert dat ‘de nazi-schatten’ wellicht ‘nog altijd onaangeroerd op ontdekking liggen te wachten’. En dat er ondertussen al behoorlijk wat zijn ontdekt, zoals ‘de grote kunstbuit die in 2006 in Zwitserland werd opgespoord’.
Wat heeft het team van deskundigen zoal gerapporteerd aan Karl Hammer? Waarom heeft hij hun rapporten niet openbaar gemaakt? Of opgenomen in zijn boek? Nietszeggende foto’s en documenten zijn overvloedig te vinden in Gezocht Codebrekers, maar deze cruciale bewijsstukken niet.
In een boek dat pretendeert het product te zijn van onderzoeksjournalistiek verwacht ik al op de eerste bladzijden een degelijke analyse te vinden over papiersoort en schrijfmachine waarmee het kwestieuze document kan zijn vervaardigd, zodat er tenminste een poging kan ondernomen worden om het te dateren. Dàt is nu eenmaal wat een onderzoeksjournalistiek doet: de bevindingen van zijn onderzoek meedelen aan zijn publiek. Maar op dat punt laat Hammer zijn lezers en de schattenjagers volstrekt in de kou staan. ‘Zoek het zelf maar uit, jongens!’
Hoewel zij niet kunnen beschikken over het document in kwestie, hebben een aantal onderzoekers toch pogingen gewaagd om het te dateren. Huub Kampen komt op de Facebook pagina Codebrekers The Return ([3]) tot de conclusie dat de getypte tekst op de partituur niet door een Duitse schrijfmachine van pak weg 1942 gemaakt kan zijn, maar door een machine van 1960. Hij leidt één en ander af uit de return toets die al dan niet een afwijking vertoont. Op mijn eigen Facebook Community pagina ([4]) licht hij zijn stelling nader toe. Hij stelt vast dat er ‘geen goede scan van de achterzijde getoond’ werd, en dat na vele testen met schrijfmachines en partituren van diverse fabricagejaren bleek dat de code wellicht rond 1960 werd gemaakt. Een en ander kon afgeleid worden uit de houtvezels die in papiersoorten van een bepaalde jaargang werden gebruikt, en waardoor er een meer of minder sterke doordruk ontstaat. Martijn Lagerwerf komt op zijn site ([5]) dan weer tot de vaststelling dat de letters e en s van de machine waarop, in de Berlijnse bunker, de huwelijksovereenkomst van Adolf Hitler en Eva Braun werd getypt, iets verbogen zijn. Net als bij de ‘Pastoorsbrief’ steken ze net onder de regel uit. Maar de ‘a’ van de ‘Pastoorsbrief’ wijkt dan weer naar boven af, en dat is bij de huwelijksovereenkomst niet het geval.




Ik heb een schrijfmachine gevonden die mogelijk werd gebruikt: een Continental van de firma Wanderer-Werke te Chemnitz. Het toetsenbord heeft de cursieve M boven het cijfer 3 ([6]) en ook het cijfer 0 ontbreekt, waardoor men voor dat getal op de partituur de kleine letter o of de hoofdletter O moest gebruiken. Een draagbare schrijfmachine van de firma Rheinmetall, met dank aan 'informant Pieter', voldoet ook aan die eigenschappen:


Rheinmetall-Schreibmaschine, ca. 1920


Maar bewijst dit soort onderzoek iets? Nee. Hooguit dat Hammer zijn werk niet gedaan heeft, of het vertikt de rapporten van ‘zijn team van 15 deskundigen’ openbaar te maken - gesteld dat dit team überhaupt bestaat. Het is sowieso al een heikele zaak uitspraken te doen op basis van een kopie van een document, en Hammer is er blijkbaar niet voor te vinden de gecodeerde partituur te laten bestuderen door een team van onafhankelijke experten. Die zouden immers wel eens kunnen vaststellen dat zijn verhaal over Bormann en/of pastoor Otto geen hout snijdt.
Betekent dit gelijk ook dat we de hele partituur moeten afschrijven als een vervalsing van Hammer? Hoegenaamd niet. De bedenker van de code kan best een oude schrijfmachine gebruikt hebben, die in roulatie was vanaf bijvoorbeeld 1920. De ronduit knullige manier waarop ‘onderzoeksjournalist’ Hammer zijn boeken schrijft, maakt dat hij er bezwaarlijk van verdacht kan worden een dergelijke code te verzinnen. 
In plaats van een kopie van een wetenschappelijk verslag dat de claim van Hammer bevestigt, als zouden ‘het papier, de typografie en de doorslag van de letters zonder meer geloofwaardig zijn’ (en dus gedateerd kunnen worden omstreeks 1945), krijgen we foto’s uit het ‘Archief Karl Hammer’ te zien, met betrekking tot een veroordeling van Franz Xaver Schwarz die compleet niet terzake doet. Wat de runetekens betreft, zij komen overeen ‘met de stijl die Bormann zou gebruiken’… en dààrom zijn ze afkomstig van Bormann! Is dit niet belachelijk kort door de bocht, voor een onderzoeksjournalist? Andermaal komen we niet te weten op grond waarvan Hammer dit concludeert, en moeten we hem eens te meer op zijn woord geloven. Wat als de runetekens ook overeenkomen met de stijl van – ik noem maar iemand – Karl Maria Wiligut, de Oostenrijkse occultist die behoorde tot de staf van Himmler?




[1] ‘The uranium, in the form of small cubes, had been stockpiled by the Germans during the war at their atomic bomb research station in the foothills of the Kreuzeck, one of the heights above Garmisch-Partenkirchen,’ lees ik in Nazi Gold van Ian Sayer en Douglas Botting (Mainstream Publishing Company, 2003).



Geen opmerkingen: